![]() |
Het pad naar de begraafplaats |
1.Een verborgen ingang
Aan de rand van Wildervank, op de grens van Stadskanaal, ligt de Unikenstraat. Wie er langsrijdt, ziet misschien vluchtig de gietijzeren poorten. Je zou er zo aan voorbijgaan, want de begraafplaats zelf ligt verscholen achter bomen, midden in het veld. Pas na een korte wandeling of rit over het pad opent zich een stille plek: de familiebegraafplaats van Jan Uniken, pionier en vervener van het noorden.
Dit is geen gewone dodenakker. Jan liet het aanleggen voor zichzelf en zijn familie. Door de kwaliteit van de zerken en jarenlang zorgvuldig onderhoud staan de grafstenen nog steeds stevig rechtop, ondanks verval en tijd. Wie goed kijkt, ziet dat de familie met de tijd meeging: er liggen niet alleen traditionele graven, maar ook urn-graven.
Ooit stond er rondom het terrein een sierlijk smeedijzeren hekwerk. Het is verdwenen – opgeslokt door de tijd. Nu vormt het omringende bos de grens tussen de velden en dit verstilde eilandje van steen. Vanwege zijn cultuurhistorische waarde werd de begraafplaats tot rijksmonument verklaard.

2.Waarom een eigen begraafplaats?
Eeuwenlang werden de doden in de kerk begraven. Dicht bij het altaar, tussen de gelovigen, vonden vooral de rijken in de kerk hun laatste rustplaats. Zo ook Jan Uniken, die al vroeg zijn gedachten bij een graf in de kerk had.
Maar tijden veranderden. Tijdens de Franse overheersing werden kerkbegrafenissen verboden. Toen dit verbod in 1813 werd opgeheven, keerde de gewoonte weliswaar terug, maar het besef groeide dat begraven in een kerk ongezond was. Het gezegde “rijke stinkerds” is daar nog altijd een wrange herinnering aan.
In 1829 verbood koning Willem I opnieuw het begraven in kerken. Voor Jan Uniken was dat een kantelpunt. Een graf op een gemeentelijke begraafplaats? Dat voelde hij niets voor. Hij wilde een eigen plek...waardig, besloten en in harmonie met het land dat hij zo goed kende.
Op een dag viel zijn oog op een droge zandrug bij de Unikenborg, zijn eigen borg. Het was een rustige, verheven plek. Daar moest het zijn. En zo ontstond de particuliere familiebegraafplaats, met een bijzondere vorm: driehoekig, al zien sommigen er zelfs een hart in.
In 1859 werd Jan, inmiddels bezitter van 800 hectare grond, zelf bijgezet. Geen eenvoudige steen, maar een imposant monument met een natuurstenen vaas, precies in het midden – net zo groots als hij zijn laatste rustplaats had bedacht.
![]() |
Het graf van Jan Uniken. |
3.Jan Uniken
26 oktober 1783 werd Jan Uniken geboren in Wildervank. Hij was zoon van Ellerus Uniken en Catharina de Cock. Zijn grootvader, koopman Jan Uniken, had zich in 1735 in Wildervank gevestigd en stond mee aan de wieg van de aanleg van het Stadskanaal.
Het kanaal, dat de ontginning van Westerwolde mogelijk maakte, werd in 1765 begonnen en vergde bijna een eeuw werk. De familie Uniken bleef er al die tijd nauw bij betrokken.
De jonge Jan werd opzichter van de stadsvenen, namens de stad Groningen. Hij hield toezicht van Bareveld tot Ter Apel, maar was ook zelf vervener. Aan het Stadskanaal bouwde hij de Unikenborg, een ruime boerderij met vijvers, tuinen en een bos. Het gebouw is inmiddels verdwenen, maar in zijn tijd straalde het macht en welvaart uit.
Jan was ondernemend en vooruitstrevend. Hij hielp bij de oprichting van de eerste school en de eerste nutsspaarbank in de streek. Economisch wist hij turf uit de Drentse venen via het Stadskanaal te verhandelen, wat zorgde voor flinke inkomsten aan passage- en sluisgelden.
Hij bleef ongehuwd en overleed op 75-jarige leeftijd.
![]() |
Portret van Jan Uniken. Geschilderd door; Berend Wierts Kunst of Wessel Lubbers. Bron: Wikipedia. |
4.De dienstdoende woning
Naast de begraafplaats staat een klein arbeiderswoninkje, ook een rijksmonument. Nu lijkt het op een sprookjesachtig, half vergeten huisje dat langzaam door de natuur wordt opgeslokt. Ramen zijn gebroken, kozijnen hangen scheef, en binnen liggen de resten van een kachel, een tafel en een lampenkap achteloos verspreid. Klimop en struiken nemen het gebouw steeds verder in bezit.
5.Een plek van herinnering
Twee jaar voor Jans overlijden werd het eerste graf al gedolven: dat van zijn achterneefje Ellerus Hermannus van der Tuuk, die slechts twee dagen leefde. Hij rust nog altijd vlak bij de ingang.
De laatste bijzetting vond plaats in 1964. Daarna sloot de begraafplaats en begon de natuur aan haar gestage terugtocht. Maar ondanks verval bleef de sfeer bewaard: een groen eiland, vol verhalen en herinneringen.
De familiebegraafplaats Uniken vertelt het verhaal van een pionier die zijn eigen weg koos, zelfs na de dood. Een stille driehoek, bijna hartvormig, waar steen en landschap nog altijd fluisteren wie Jan Uniken was.
![]() |
Het graf van Ellerus Hermanus van der Tuuk |