MUSSEL/KOPSTUKKEN - De kluizenaar van Sellingen



Harm Jansen
BRON: Theohoving.wordpres
DE KLUIZENAAR VAN SELLINGEN (KOPSTUKKEN, MUSSEL)

Harm Jansen beter bekend als Harm Heisa stond bekend als de kluizenaar van Sellingen.
Harm werd geboren op 2 januari 1873 en is gestorven op 28 februari 1956.
Waardoor is Harm een kluizenaar geworden? Kwam het door zijn familie? 

1. DUITSLAND

Meneer en mevrouw Jansen zijn circa 1867/1868 vanuit Duitsland naar Sellingerbeetse vertrokken. Ze hadden nieuwe plannen en kochten een stuk grond voor een huisje en bedrijfje.

In die tijd waren er geruchten gaande over het nieuwe gezin uit Duitsland. Ze waren met regelmaat het onderwerp van gesprek.
"Die Duutsers zijn hier noar toe vlucht! Ik wait zeker!" spraken enkele buurtbewoners, want er was nieuws dat er een oorlog dreigde tussen Duitsland en Frankrijk.

2. NOODLOT

Hun nieuwe stekje beviel goed en het was tijd om een gezin te stichten.
Hun eerste zoon werd geboren en kreeg de naam: Harm Hendrik.

Helaas sloeg het noodlot toe en moeder Jansen stierf op jonge leeftijd, waaraan onbekend. Vader Jansen stond er alleen voor.
Hij besefte dat hij het niet kon. Een jonge zoon, huishouden en bedrijf, daarom zocht hij naar een oplossing. Vader nam een Duitse huishoudster aan en zo werden de dagelijkse taken verlicht.
Hij werd verliefd op de jonge dame en kreeg een relatie met haar.
De liefde bloeide tot een huwelijk en een jaar later werd Harm geboren.

3.WERKEN

De broers groeiden op in een werkzaam gezin en wisten op jonge leeftijd wat werken was.
Daar waar iets te verdienen viel, daar waren de broers ook. Alsof ze het konden ruiken.
Dat ging een tijd goed, totdat Harm argwaan kreeg.

'Hendrik strijkt al het geld op!' klaagde hij regelmatig, want de gedachte dat zijn broer alles naar zich toe trok zat hem niet lekker.
'Maar jongen?' begon vader. 'Hoe kom je daar nou bij?'
Om ruzie te voorkomen werd er altijd gezegd dat het niet gebeurde, maar Harm voelde zich niet gehoord.
De bom barstte toen Harm vernam dat zijn broer het bedrijfje zou krijgen en hij niet.

kerkhof kopstukken.


















4. HUT

Harm raakte overspannen en wilde niet langer werken.
Het lukte hem niet meer en vluchtte van huis om nooit meer terug te keren. 
Vanaf dat moment begon hij met zwerven. 
Het is niet bekend of zijn ouders pogingen hebben gedaan om hem terug in huis te halen.

De mensen in de buurt maakte een hutje voor hem, zodat hij toch een beetje onderdak had.
Ze maakte een gat in de grond en het werd afgedekt door heideplaggen.
Ze wilden niet dat hij sliep in het hooi, want Harm was geen beest. Ze hoopten dat hij dit zou gaan zien als zijn vaste woon/slaapplaats.
Harm dacht er echter anders over, want hij gebruikte het hutje alleen met slecht weer, want hij was liever buiten en bracht zijn nachten het liefst door onder de heldere sterrenhemel.

Harm was ook berucht met vuur, want daar was hij niet voorzichtig mee.
Regelmatig ging het hutje in vlammen op, want hij probeerde zich te verwarmen.
'Ist alwéér in vlammen opgegaan?' werd er gesproken in de buurt.
Harm was tijdelijk dakloos, maar erg vond hij het niet, want hij zocht gewoon een boerenschuur of hooiberg op.

5. GESTICHT

De gemeente was niet eens met Harm. Ze probeerden hem in het verleden te plaatsen in Wagenborgen (gesticht).
Echter liet Harm zich niet op hokken. Hij wist te ontsnappen en dapper keerde hij terug naar de Beetse.

6. STENEN STOOKHOK

Na vele pogingen zagen de buurtbewoners dat het hutje van Harm geen succes was, daarom kreeg hij een (stenen) stookhok. Er waren raampjes in, een deurtje en een dakje.
Van de kerk kreeg hij wat meubeltjes, kleding en dekens.
'Dan zit je er wat warmer bij,' werd er gezegd en wat was Harm blij met dit gebaar.

Het huisje werd ingetrokken door de zwerver en algauw kon je niets meer door de ramen zien, want die waren zwart van roet.
Stoken kon die Harm wel.
Als men binnenkwam, zagen ze dat de vloer besmeurd was met zand.
Tja, Harm maakte zijn belofte waar, om nooit meer te willen werken.

Regelmatig kwam dan ook iemand bij hem langs.
'Kiek eem, dan hest weer wat.' En ze gaven hem spulletjes, zoals etenswaren en tabak.
Soms was Harm thuis, maar vaak ook niet. Het was altijd een verassing als je kwam om spulletjes af te leveren.
's nachts, als je door de zandwegen van de Beetse liep, kon je deze eigenwijze man nog aantreffen, want hij maakte graag een nachtelijk ommetje voor het slapen gaan.

Graf harm Jansen
7. HOGE LEEFTIJD

Harm werd met de dag ouder en is op hoge leeftijd overleden.
Waar en hoe hij is aangetroffen is onbekend.
Hij heeft zijn laatste rustplaats gevonden op het RK. begraafplaats te kopstukken (Mussel).


Bronnen: Theohoving.wordpress. Kerkje te sellingerbeetse

Wil je op de hoogte blijven? Volg mij dan op Facebook:
Het monument
               

Geen opmerkingen:

Een reactie posten